Rapport van Itinera over mogelijke besparingen in het onderwijs (oa minder zittenblijven)

Zonet werd een rapport gepubliceerd van de denktank Itinera over mogelijke besparingen in het onderwijs. Je kan het hier downloaden.

De auteur, Carl Van Keirsbilck, ziet 3 grote pijlers:

  • Zittenblijven ontmoedigen
  • Versnellen waar nodig (jaren overslaan)
  • Minder lesmomenten (in de tekst instructiemomenten genoemd) in het secundair onderwijs

De eerste twee punten moet ik zeker bijtreden. Het effect van zittenblijven is bewezen negatief en is dus zelden de beste keuze. Een shift waarbij we sterke leerlingen eerder de kans geven om voorop te lopen is inderdaad effectiever blijkt uit verschillende onderzoeken.

Het is wel zo dat er inderdaad dan genoeg middelen moeten aangewend worden om leerlingen met moeilijkheden bij te staan. Dit lijkt me dan net te conflicteren met de derde pijler die in het rapport wordt voorgesteld. Het rapport brengt enkele goede argumenten aan dat in Vlaanderen de instructietijd in vergelijking met buurlanden te hoog zou zijn en dat dit niet noodzakelijk zich vertaald in betere prestaties. Het argument dat zo het lerarentekort een stuk kan verminderen is volgens mij  echter niet geïnspireerd door een drang naar kwaliteit.

De link die gelegd wordt met een te hoge druk op jongeren en zelfmoord is relevant, maar aan de andere kant gaat men hier wel een stuk te kort door de bocht omdat de cijfers van zelfmoord in de andere toplanden van de PISA-resultaten met minder lesuren ook zeer hoog zijn. Bij dit laatste argument wordt de vergelijking met de andere landen naar mijn mening te versmald en worden te veel contextgegevens ongemoeid gelaten, zoals bijvoorbeeld het aandeel lesbegeleiding buiten de officiële lesmomenten.

Als je de broodnodige extra begeleiding wil invoeren die bij zittenblijven en versnellen horen, zal hier voor ook ruimte in het lessenrooster moeten worden ingepast of zal dit moeten gebeuren na de uren zodat het aantal contactmomenten voor bepaalde leerlingen in de praktijk mogelijks zelfs nog stijgt.

Sommige onderwijsdenkers, niet in dit rapport weliswaar, verwijzen graag naar de goede score van Singapore in de PISA-vergelijking, maar eerlijk gezegd dit is voor mij absoluut niet het onderwijs waar we naar toe moeten. Hier is een hele business ontstaan van buitenschoolse (dure) privé-begeleiding om jongeren te helpen toch maar te slagen in een onderwijs dat qua aanpak vaker lijkt op wat wij in de jaren vijftig deden.

Ik denk dat we de komende maanden en jaren nog veel dergelijke discussies zullen moeten voeren, elke input hierin is welkom!

Een gedachte over “Rapport van Itinera over mogelijke besparingen in het onderwijs (oa minder zittenblijven)

  1. Beste Pedro,
    Beste Bert,

    Ten eerste wil ik u bedanken voor de constructieve kritiek op mijn rapport.
    Over het meeste en over de grote lijnen lijken we het eens. Toch wil ik niet nalaten even kort in te gaan op een aantal van uw bemerkingen.

    De derde pijler conflicteert m.i. niet met de zorg voor leerlingen met moeilijkheden. Een deel van de reductie van het aantal instructieuren wordt immers hergebruikt om net deze jongeren vooruit te helpen. Voor een ander deel suggereer ik een verschuiving naar het basisonderwijs om de taalachterstand zeer vroeg en intensief aan te pakken. Dit zou een aantal problemen later dan ook moeten reduceren. Met het overblijvende budget kan men dan andere noden lenigen. Het is uiteraard een politieke beslissing welke noden dit dan zouden zijn, en welke verhoudingen men aan dit alles toekent. Dit kunnen uiteraard noden buiten onderwijs zijn, zoals bvb. in de welzijnssector. Ik denk dat we hierin flexibel moeten kunnen zijn.

    Zoals u in een verdere alinea correct aanhaalt betekent die begeleiding om zittenblijven te reduceren inderdaad dat sommige jongeren bvb. op bepaalde momenten na de lessen geholpen worden. Maar gezien het aantal lesuren eerst werd gereduceerd zou dit geen stijging van het aantal contacturen moeten betekenen. Ook voor deze jongeren zal dit betekenen dat ze per saldo minder tijd aan schooltaken spenderen. De tekorten zijn immers reeds verholpen tijdens uren waarop ze anders nog gewoon les volgden. Het leren nadien thuis zal efficiënter kunnen verlopen.

    De link met Suicide.
    Het is duidelijk dat dit niet de kern van mijn rapport is. De suicideproblematiek is dermate complex en een zelfdoding steunt nooit op 1 factor. Ik heb dan ook helemaal niet de bedoeling gehad hierin volledig te zijn, dit heb ik ook zo aangegeven. Feit is dat er niet onbelangrijke indicaties zijn dat druk op school een belangrijke factor is. In het licht van dit rapport wou ik dit zeker aangeven, wegens aansluitende bij pijler 3.
    U heeft verder volkomen gelijk: de suicideproblematiek is in Finland bvb. nog prangender dan in Vlaanderen. Denemarken en Zweden bvb. doen het dan weer een stuk beter.

    Ik hoop vooral dat dit rapport en zijn misschien verrassende 3e pijler de aanleiding mag zijn tot een grondig debat. Niet besparingen op zich zijn mijn streefdoel, maar wel de zo efficiënt mogelijk inzet van de schaarse middelen zodat zoveel mogelijk kinderen en jongeren met maximale kansen en gelukkig en respectvol naar volwassenheid kunnen worden begeleid. De naam van het rapport is dan ook misschien ietwat ongelukkig gekozen.

    Ik stel in het rapport een m.i. niet onbelangrijke vraag, nl. hoe we onderwijs zouden verbeteren mochten we extra financiële middelen vinden wegens onverwacht sterke economische groei. Dit terwijl het aantal instructieuren even hoog zou zijn als bvb. in Scandinavië. Zouden we het aantal lesuren verhogen? Ik durf aan te nemen dat we deze budgetten in dat geval efficiënter zouden inzetten (via remediëring, aanpak taalachterstand…). De omgekeerde weg (vermindering van aantal lesuren) moeten we dus zeker durven overwegen!

    Met vriendelijke groet

    Carl Van Keirsbilck

Plaats een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.