Vandaag sta ik met een opinie in De Morgen:
Basisscholen met kwetsbare kinderen worden harder getroffen door het lerarentekort, blijkt uit een analyse van data van het Katholiek onderwijs door Kristof De Witte en KU Leuven-collega’s. Dit zal weinig mensen verbazen. Dergelijke scholen komen vaker voor in een stedelijke context, waar het lerarentekort sowieso al groter is, en leraren hebben door het tekort vaak maar te kiezen waar ze kunnen werken.
Dat dit de gelijke kansen niet ten goede komt, mag evenmin verbazen. Deze kinderen krijgen op deze manier gemiddeld minder les dan andere kinderen, terwijl ze net deze tijd met een leerkracht dubbel zo hard kunnen gebruiken.
Maar er is meer aan de hand. Als we kijken naar wat momenteel volgens onderwijsonderzoek zowat het hoogste leereffect heeft, dan is dat collective teacher efficacy, in het Nederlands collectieve doelmatigheid. Dit concept bedacht door de Amerikaans-Canadese psycholoog Albert Bandura in de vorige eeuw, beschrijft het collectieve geloof van een team in zichzelf. Het geloof dat je als team het verschil kan maken.
Er zijn gelukkig nog steeds een pak leraren die het beste van zichzelf geven voor deze kinderen, maar dit individuele geloof, self-efficacy, heeft maar een derde van de impact van een collectief geloof van een team, blijkt uit onderzoek van onder andere Rachel Ells en John Hattie. Zo zijn deze kinderen dubbel de dupe.
Eerder onderzoek (van Belfi en collega’s) toonde al dat in Vlaanderen net op deze scholen de collectieve doelmatigheid significant kleiner was dan in de rest van het Vlaamse onderwijs. De reden is niet ver te zoeken. Dit waren al scholen waar er een draaideur stond voor het personeel waarbij steeds nieuwe leerkrachten binnenkomen en er even vaak weer leraren vertrekken. Een groot verloop van personeel zorgt ervoor dat het moeilijker is om een team te vormen. Nu komt er nog bij dat er meer mensen de draaideur gebruiken om de school te verlaten dan dat er binnenkomen.
Wat valt hier aan te doen? De job van leerkracht in deze scholen aantrekkelijker maken, maar hoe? Meer loon of een bonus wordt soms geopperd. Dit kan helpen om dichter bij de school te wonen, omdat vaak veel leraren lang moeten pendelen om in deze scholen les te geven. Maar of dit genoeg zal zijn, is nog maar de vraag. De buurt moet ook aantrekkelijk genoeg zijn om met een gezin te gaan wonen. Buitenlandse voorbeelden tonen dat sterk schoolleiderschap en een uitgesproken visie ook kunnen helpen. Zelf ben ik voorstander om het werk van deze leerkrachten ook op een andere manier te erkennen met zowat het beste wat onderwijsmensen kennen: tijd. Laat deze onderwijzers en onderwijzeressen bijvoorbeeld iets minder les geven. Ze hebben namelijk relatief meer overleg omdat er nu eenmaal meer kinderen met problemen zijn waarvoor ondersteuning en dus overleg nodig is. Ook meer ondersteuning van deze leraren is broodnodig, iets waar bijvoorbeeld Teach For Belgium of verschillende stedelijke onderwijscentra al op inzetten.
Het is belangrijk om net deze jobs aantrekkelijker te maken dan te hopen dat bijvoorbeeld ICT dit probleem zal oplossen zoals sommigen opperen. Een onderwijs waarbij de arme kinderen het met schermpjes moeten doen terwijl de rijke kinderen een mens van vlees en bloed krijgen, lijkt me eerder McDonaldisering van het onderwijs dan een te volgen weg.