Gisteren werden de nieuwe resultaten van de JOP-monitor voorgesteld. Het is de vijfde keer dat het Jeugdonderzoeksplatform deze grote bevraging deed. De boodschap is er vaak een van stabiliteit. Je kan de meest opvallende resultaten lezen in de media, zoals hier of hier.

Maar ik wil even stilstaan bij de deelsessie die ik gisteren bijwoonde bij de voorstelling over het welbevinden van onze jongeren. Het goede nieuws is, met de meerderheid gaat het goed en de meerderheid ziet zichzelf als weerbaar:

Maar in de sessie kwamen verschillende reacties dat het wellicht klopt dat het een minderheid is die zich niet goed voelt. Tegelijk is 10% van alle jongeren een enorm grote groep. En dat laatste klopt ook, beaamde iedereen.

Het lijkt dus een zaak van halfvol of halfleeg glas, en ik begrijp dat de onderzoekers ook eens het positieve nieuws willen belichten. Het gaat niet slecht met dé jeugd, maar tegelijk bestaat dé jeugd niet. De jeugd kent veel schakeringen.

De vraag naar evoluties kon gisteren nog niet beantwoord worden. De grote sterkte van de JOP-monitor is dat deze elke vijf jaar afgenomen wordt. Dit zorgt er voor dat je trends kan zien. Deze analyses volgen nog, gisteren kregen we een stand van zaken, een spiegel van het hier en nu.

De data is zo rijk, dat er nog twee jaar verdere analyses volgen. Ik hou jullie op de hoogte!